Gisteren gingen de Catalanen naar de stembus. De inzet: onafhankelijkheid van Spanje. De conservatieve regering in Madrid dacht er anders over en verklaarde het referendum ongeldig. De nationale politie kreeg de opdracht de stembusgang te voorkomen. Het resultaat: Meer dan 900 gewonden. Tranquilos amigos y amigas, mañana mañana: wat vandaag niet komt, komt morgen. Het was even niet meer van toepassing. Net als de siësta waarschijnlijk. De reden? Catalonië heeft een ‘sterk ontwikkelde eigen identiteit’.

Identiteit kan worden vastgesteld op twee niveaus. Op het persoonlijke niveau en op dat van groepen waartoe je behoort. Op het persoonlijke niveau refereert identiteit vooral aan persoonlijkheid, datgene wat ons uniek en eigen maakt. Op het niveau van de groep is identiteit verbonden met datgene wat ons aan anderen bindt, zoals taal, cultuur en lidmaatschap van dezelfde groep.

In Nederland hebben we ook zo’n groep met een ‘sterk ontwikkelde eigen identiteit’: De Friezen. ‘Bûter, brea en griene tsiis, wa’t dat net sizze kin is gjin oprjochte Fries.’ Er zijn ook mensen die vinden dat Friesland onafhankelijk moet worden. Dan hoeven ze straks in ieder geval niet meer elke ochtend het Wilhelmus te zingen van Sybrand. Kan ik me iets bij voorstellen. Wat kenmerkt de Friese identiteit? Historicus en journalist Erik Betten schreef er een boek over. ‘Op zoek naar de Friese identiteit’ (€19,50, voor 23.00 besteld, morgen in huis.) Wat blijkt? Friezen ontlenen hun identiteit steeds minder aan taal en geschiedenis en steeds meer aan het landschap. Verder bestaat er niet zoiets als dé Friese identiteit, net zoals dé Catalaanse identiteit waarschijnlijk ook niet bestaat. Het Fries kent ook verschillende dialecten. Is zelfs een quiz over gemaakt, zie hier*.  Wel zijn er kenmerkende karaktertrekken. Een typische Fries is nuchter en trots. Limburgers die de regio verlaten proberen zich nog wel eens aan te passen aan het Hollandse accent om hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten. Friezen niet. Die spreken gewoon Fries onderling, ook als er Hollanders bij staan. Wat dat betreft valt er op het integratiebeleid nog wat winst te behalen. De NOS maakte er vorige week een mooie reportage over in ‘Dealen met je dialect’. De mensen op het platteland staan bekend als harde werkers en een tikje conservatief. Wat de boer net kin, dat fret er niet. Of: “Ze zien ons als domme boeren, bierzuipers, klompendragers en meer van dat soort zaken.” Friesland kent tevens een rijke historie. Veel dingen uit de provincie behoren dan ook tot het Nederlands cultureel erfgoed, net als Sinterklaas, Koningsdag en … studentenverenigingen.

‘Wat sizze jo no?’ Jawel, de Nederlandse studentenverenigingscultuur is vorig jaar toegevoegd aan de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed. Hieronder vallen de ‘mores en tradities’ zoals de ontgroening maar ook het verenigen van verschillende opleidingen in officiële verenigingen, het met regelmaat borrelen en de zelfontplooiing van leden. Studenten hebben ook hun eigen identiteit. Op persoonlijk niveau staat vooral de ontwikkeling van de eigen identiteit centraal. Wie ben ik en hoeveel ECTS ga ik dit jaar halen? De identiteit van de student als groep bestaat vooral uit alles wat niet burgerlijk is. Burgerschap is het zwarte gat aan het einde van de tunnel. ‘Burgers horen op de barbecue’ wordt er ook wel eens gezegd. Door het introduceren van eigen regels wordt een hak genomen op de bestaande regels in de maatschappij.

Een cultuurclash zou het dan ook worden zaterdag. De bezoekers van Mid-Fryslân kwamen uit Grou, Reduzum en Akkrum. Echte korfbaldorpen met bij elkaar opgeteld pakweg tienduizend inwoners. Mooie omgeving trouwens ook. Kijk op de ANWB site voor de meest actuele fietsroutes. Niets bleek echter minder waar. De studenten speelden zaterdag als echte Friezen. Met een agrarisch arbeidsethos werden de bezoekers op inzet afgetroefd. De doelpunten waren echter schaars, vooral in de tweede helft. Vier stuks om precies te zijn. Het vizier lag nog bij Jut en Jul. Ook ‘s avonds konden de studenten geen potten breken tijdens het beerpong toernooi. Het bier vloeide wel rijkelijk. Geheel volgens de Friese tegeltjeswijsheid: Heal bezopen is wei smieten jild. (Half bezopen is weggegooid geld).

*Dizze kwis is bedoeld foar elkenien dy’t út Fryslân komt en dy’t it Frysk of ien fan de yn Fryslân sprutsen dialekten ken.